Humanitarisme

Humanitarisme als woord

H.S. Salt - Het Humanitarianisme

A. Klaver - De religieus-humanitaire strooming

S. Wiersma - Geen klein geloof, maar een grote sociale beweging

Persoonslijsten

Documenten

Sietske Wiersma's Netwerk van humanitaire verenigingen

Verspreid een beetje menschlievendheid,
verstuur een e-kaart

Bezoekersaantallen per pagina

Voor vragen en opmerkingen
Adriaan van Oosten info@humanitarisme.nl

“Geschiedenis gaat over liefde voor de medemens. Liefde houdt niet op bij de dood. Daarom moet aandacht voor het verleden blijven bestaan; niet omdat je er beter van wordt. Als dat toch gebeurt, is het mooi meegenomen.”

Van Deursen

Wij leven in de utopie van onze voorouders. Wij zijn gevormd door deze mensen en hun ideeën, leven in hun steden en huizen, lezen hun tijdschriften en boeken, wij zijn hun kinderen.

Een van die leidende ideeën is het humanitarisme. Tussen grofweg 1890 en 1940 werd er hier onder verstaan een veelheid van sociale bewegingen in Nederland en daarbuiten. Humanitarisme is medelijden met alle levende wezens en vinden het terug in het vegetarisme, vredesbeweging, drankbestrijding, Rein Leven, dierenbescherming en anti-vivisectie. Hoewel dit de kern is van het humanitarisme zijn er vele andere ideeën en organisaties die raakvlakken hebben met diezelfde idealen. Het is daarom dat wij spreken van cirkels van compassie.

Dit alles kunnen we plaatsen binnen het burgerlijke beschavingsoffensief, terug-naar-de-natuur, egalitarisme en democratie. Maar ook de emancipatie van de arbeider en de vrouw. Binnen deze twee bewegingen is er sprake van een streven naar materiele en geestelijke vooruitgang. Met de opkomst van de jongerenbeweging in de jaren twintig werd er een onderscheid gemaakt tussen blauw en rood. Dit stond in de eerste plaats voor drankbestrijding en socialisme, maar in een breder verband voor maatschappelijke verandering versus karaktervorming. Beiden zijn noodzakelijk, maar aan welke wordt de nadruk gelegd.

Het humanitaire gedachtegoed bestond lang voor 1890 en hield niet op te bestaan tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Maar zij waren toen wel diffuser. Eerst hadden we de menslievendheid in de vorm van weeshuizen, onderlinge hulp, antislavernij. Veel is ondertussen vastgelegd in wetten en de staat heeft veel taken overgenomen. Tegenwoordig hebben we ecologie, derde-wereldbeweging, natuurbescherming, maar nog steeds moet men zich inzetten voor de oude strijdpunten.