Samuel Baart de la Faille
| Geslacht: | Man | |
| Vader: | Jacob Baart de la Faille | |
| Moeder: | Geertje Sibranda Tresling | |
| Geboren: | 29 Nov 1871 | Leeuwarden |
| Overleden: | 18 MRT 1943 | Den Haag |
| Religie: | Ned. Prot. Bond | |
| Aantekeningen: | A A R T D E L A F A I L L E , S A M U E L , * Leeuwarden 29 nov. 1871, t 's-Gravenhage 18 mrt. 1943. Zn. van Jacob Baart de la Faille, arts, en Geertje Sibranda Tresling. Stud. theol. Groningen 1890; dr. theol. 1897. Herv. pred. Hoogwoud 1897, Krommenie 1900-1901. Pred. Ned. Kerk Londen 1901-1 jan. 1929 (emer. om gezondheidsredenen). Hij huwde op 19 juli 1897 te Groningen met Henriëtte Elise Charlotte Philippine Wichers Hoeth. In zijn dissertatie heeft B. de la F. getuigenis afgelegd van zijn bewondering voor Tolstoj als ,,de groote profeet van het Christendom", voor diens bergrede-ethiek, zijn kritiek op de kerkelijke dogma's, zijn opvatting van het christendom als godsdienst der liefde en zijn sociale bewogenheid. Ondanks bezwaren tegen de anti-metafysische en anti-wetenschappelijke strekking van het werk van de grote Rus, tegen diens exegese van het N . T . , tegen zijn eenzijdige ascetische ethiek en, verbonden hiermede, zijn afkeer van de moderne cultuur, bleef B. de la F. het spoor van Tolstoj volgen. Geleid door de kritische geest van het modernisme, weigerde hij bij zijn aanvaarding van het beroep naar Londen in te gaan op het verzoek van de kerkeraad aldaar, om bij de doopbediening tegemoet te komen aan de niet-vrijz. minderheid der gemeente door de traditionele doopvragen te stellen. Zijn pacifistische opvattingen, waarvan hij in het laatste jaar van de Boerenoorlog onverbloemd getuigenis aflegde, wekte weerstand in de Londense gemeente en veroorzaakte tijdens de Eerste Wereldoorlog bij B. de la F., die ook anderszins aan psychische inzinkingen leed, grote innerlijke spanningen. In de kerkeraadsacta komt zijn naam nagenoeg uitsluitend voor in verband met zijn verzoeken om traktementsverhoging, onkostenvergoedingen en pensioenkwesties. Uit de door zijn echtgenote te boek gestelde Herinneringen blijkt, dat het echtpaar, en zij vooral, geleid door het ideaal van een praktisch christendom, een grote sociale activiteit heeft ontplooid door het oprichten van instellingen en het beleggen van samenkomsten voor bejaarden, vrouwen en meisjes, de organisatie van een kerkelijke wijkverpleging, enz. Daarnaast ging men, met de kerkeraad, op in het Ned. society-leven te Londen. G e s c h r . : Leo N. Tolstoï als theoloog en moralist, Gron. 1897 (diss.). Hij vertaalde: F. Fauth, Luther, Gron. 1901; 2e dr., Amst. 1917 (uitg. Kerkeraad Ned. Kerk Londen). Hij publiceerde bijdragen in Stemmen uit de Hollandsche Gemeente en Stemmen uit de Hollandsche Kolonie. H s s . : Brieven (Archief Ned. Kerk Londen, Guild Hall). L i t . : H . Baart de Ia Faille-Wichers Hoeth, Herinneringen. 28 jaar in de pastorie te Londen, Assen 1933. - J . Lindeboom, Austin Friars. Geschiedenis van de Nederlandse Hervormde Gemeente te Londen 1550-1950, 's-Grav. 1950, reg. in v. - NedP, X X X V I I (1951), 14 vlg. W. Nijenhuis Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands protestantisme, deel 3 |
|
Gezin 1
| Huwelijkspartner: | Henriette Elise Charlotte Philippine Wichers Hoeth | geb. 19 Nov 1872 overl. 4 MRT 1940 |
| Huwelijk: | 19 Juli 1897 | Groningen |