Jan Simon Bremer

Geslacht: Man
Vader: Jan Simon Bremer
Moeder: Elisabeth Hendrika Adriana Gajentaan
Geboren: 1 Feb 1910 Amsterdam
Aantekeningen: red. Licht, Lucht, Zon. Maandblad voor vrije lichaamscultuur. 1e nummer aug. 1936
orgaan van de Nederlandsche Lichtvriendenkring
Amsterdamsche naaktloopers
Waar blijft de zedenpolitie? H-rhaaldelijk hebben we in ons blad te doen gehad met de excessen, bevorderd door de na-oorlogsche losbandigheid, de Venus aan het strand, de danswoede en propaganda voor experimenten met het wordend huwelijk. Het geslachtelijk leven werd overgevoelig, het onfatsoen geduld in het openbaar gebruik: minder behoorlijke kleeding, groote vrijheid in manieren, ongepastheden aan strand en badplaats, films met seksueelen lokroep, onbehoorlijkheden in boek en illustratie, vrije huwelijken, echtscheidingen, misdragingen door gehuwden, onwettige geboorten, malthusianisme, zedenverwording.
De Minister van Binnenlandsche Zaken vond den openbaren Venusdienst zoo erg, dat hij aan de gemeentebesturen een circulaire zond, om de politie waakzaamheid in te scherpen tegen onwelvoeglijke kleeding. In Amsterdam schijnt die overheidszorg voor het fatsoen der burgerij slecht te worden verstaan, want daar wordt met goedvinden van de politie propaganda gemaakt voor heelemaal geen kleeding.
In het centrum van de stad is onder oogluikend toezien van de politioneele zorg een „Lichtvriendenkring" gevestigd, die aan alle „vrienden en vriendinnen" van praktijken, die eerder naar het duistere trekken, een gedrukten „oproep" heeft gericht, om naakt te gaan loopen. „Indien u zich ergert aan de bespottelijke bepalingen in onze badplaatsen betreffende kleeding, gemengd baden enz., welke feitelijk een beleediging van de menschheid inhouden en het ons onmogelijk maken te genieten van wat de natuur ons biedt, en waarop 'n ieder recht heeft; indien u 't abnormale inziet van de onnatuurlijke opvatting, als zou een geheel of gedeeltelijk ontkleed lichaam slechts prikkelingen opwekken; indien u begrijpt, dat de jeugd niet tot sexueele uitspattingen behoefde te komen, wanneer zij van jongs af aan het verschil der seksen wist en zag, vraag dan direct " en aan zestienjarige jongens en meisjes wordt het adres voor de „gelegenheid" uitgereikt, om hen geslachtelijk wegwijs te maken.
Een dertigjarige leider introduceert hen statuair in een gezelschap zonder „valsche schaamte en bekrompen ideeën", hij inviteert hen voor „het houden van kampen en tochten in de vrije natuur" en om „in passende omstandigheden hieraan gemeenschappelijk naakt-zijn te verbinden." Men behoeft maar een kleine contributie te betalen, en indien „de betreffende adspirant dit uitdrukkelijk wenscht" behoeft hij of zij den naam niet eens aan de anderen dan het bestuur bekend te maken.
De Amsterdamsche zedenpolitie haeft de statuten van de naaktloopersvereeniging ingezien, en naar het schijnt stilzwijgend berust in het gemeenschappelijk leven volgens dezen regel. Wie weet komt het nog zoover, dat de Vereeniging van de naakten, aangemoedigd door de geuniformden, straks in het belang van hygiëne en cultuur aan den gemeenteraad.... subsidie zal aanvragen! Men herinnert zich, dat onlangs ook bij den gemeenteraad van Chicago een dergelijke subsidieaanvrage inkwam voor het stichten van een park voor naaktloopers midden in de stad. De raad weigerde, en niet zonder humor, „wegens den weinig aesthetischen aanblik des menschelijken lichaams" en „het gevaar voor instorting van de omgelegen wolkenkrabbers door het reusachtig aantal kijklustigen naar excentriciteiten."
Voor den humor en de tragiek van de moderne zeden schijnt de Amsterdamsche politie weinig gevoel te hebben. Indien de Burgemeester van de hoofdstad niet ingrijpt, dan zullen de ouders en het openbaar fatsoen dit m .ten doen!