Johannes Gerardus Bekkering

Geslacht: Man
Vader: Leonardus Johannes Bekkering
Moeder: Anna Koopman
Geboren: 1877 Amsterdam
Beroep: vleeschhouwer, tramconducteur
Aantekeningen: Vroeger droegen ze allemaal hoeden en hoge schoenen.
Vader heeft een strohoed op; die werd 'een strooien dakje' genoemd. De hoed van Miep ligt op de tas naast moeder.
Mensen waren vroeger meestal dikker aangekleed dan nu.
Ik ben de jongste van zeven kinderen.
Mijn moeder was vroeger-dag en nacht-in betrekking geweest bij rijke mensen daar had ze heel lekker leren koken.
Ze kon bakken en braden; bijvoorbeeld dikke koek. Dat leek een beetje op oliebollen en er zaten ook krenten rozijnen en sucade in.
Vrijdags aten we altijd vis: schelvis en schol, die werden op de Dappermarkt gekocht.
's Winters aten we boerenkool met worst en uitgebakken spek en kaantjes erdoorheen gestampt. Hutspot met klapstuk. Verder zuurkool met worst en spek.
Ik hield niet van vette dingen.
Mijn vader was eigenlijk slager, maar daarmee verdiende hij niet veel. Daarom werd hij conducteur op de tram.
Hij reed op lijn 14 en 11 in de Indische buurt. Deuren waren er toen niet in de tram, dus 's winters was hij heel dik aangekleed. Hij had een jas met koperen knopen en een koperen trommel voor de kaartjes. Hij was altijd aan het poetsen.
De kaartjes hadden verschillende kleuren; kostten: 0, 10 cent en 12, 5 cent.
"Vast werk, maar wel vaste armoe!" zei hij altijd. Ze kregen wel eens een extra'tje van de Katholieke kerk.
De huisvesting was klein: met zes kinderen op een kamer. Drie kinderen in een bed.
Later huurde moeder een zolderkamer voor mijn broers.
Mijn kleinzoon heeft nu nog een speciaal dienstbodekastje in ons bezit, wat van mijn moeder geweest is.
Jammer, dat ik nu niks meer kan vragen over vroeger aan mijn moeder. Ik wou dat ik mijn moeder nog een uurtje kon spreken....

Gezin 1

Huwelijkspartner: Agatha Maria Dolkens geb. 1877
Huwelijk: 26 MEI 1897 Den Haag
Kinderen:
  Anna Maria Bekkering Male geb. 29 MEI 1897 overl. 1961